
Een van de grote charmes van Obsidian is voor mij de enorme snelheid. Platte tekstbestanden, zoals .txt of .md (Markdown) in het geval van Obsidian, zijn ongelooflijk veel kleiner qua bestandsgrootte dan bijvoorbeeld .doc of .pdf. Tot voor kort was ik daarom behoorlijk terughoudend met het gebruik van afbeeldingen in Obsidian. Plaatjes nemen namelijk flink wat meer ruimte in beslag dan tekst, waardoor ik mogelijk in de toekomst kan aanlopen tegen vertraging, zoals me na tien jaar bij Evernote overkwam.
Sinds kort bestaan er echter een paar soorten afbeeldingen waar ik een uitzondering voor maak.
- Profielfotos van mensen
- Covers van boeken
- Afbeeldingen van bezittingen
Omdat het gemak ervan domweg te groot is.
Hier een uitleg over hoe ik dat heb aangepakt.
Sinds januari gebruik ik in plaats van de PARA-methode van Tiago Forte de ACE-methode van Nick Milo voor het opbergen van mijn bestanden in obsidian. Het grote voordeel van ACE is dat die indeling gebaseerd is op het soort activiteit die je aan het doen betn.
ACE staat voor:
Atlas – Sensemaking; de plek waar je kennis bewaart.
Calendar – Tijdreizen door heden, verleden en toekomst.
Effort – Actie; alles wat te maken heeft met dingen doen, gedaan hebben of gedaan krijgen.
Nick gebruikt boven de Atlas-map nog een +-map die dienstdoet als inbox, en onder de Effort-map een x-map voor overige zaken, zoals templates en afbeeldingen.
Zelf probeer ik afbeeldingen in Obsidian zo klein mogelijk te houden. Daarvoor gebruik ik een handig trucje: profielfoto’s haal ik van LinkedIn (meestal tussen de 15-45 kB), en boekcovers of afbeeldingen van spullen van Amazon of Blinkist, eveneens klein qua formaat. Ik heb geen hoge resolutie nodig; zolang ik maar een goede indruk krijg van wat er wordt afgebeeld.
De bestandsnaam van elke afbeelding is bij mij exact gelijk aan het bestand waar deze afbeelding bij hoort—emoji’s inbegrepen. Bijvoorbeeld: als het bestand van Marieke van Vliet geschreven wordt als 👥 Marieke van Vliet, heet haar profielfoto 👥 Marieke van Vliet.jpg.

Ik sleep bijvoorbeeld de foto van Marieke naar haar bestand, waarna Obsidian automatisch een zogenaamde ‘transclude’ maakt door een uitroepteken (!) voor [[👥 Marieke van Vliet]] te zetten. Een transclude is een verwijzing naar een bestand dat ergens anders opgeslagen staat, maar toch op die plek getoond wordt. Op die manier zie je de foto precies waar je hem wilt hebben, terwijl het originele bestand feitelijk ergens anders staat.

In mijn geval staan alle profielfoto’s opgeslagen in een submap genaamd ‘Smoelenboek’, onder de hoofdmap ‘Afbeeldingen’. Zo bouw ik mijn eigen CRM of LinkedIn en houd ik controle over mijn eigen data. Omdat een belangrijk deel van mijn werk draait om het verbinden van mensen en het bouwen van communities, is het logisch om hier aandacht en moeite aan te besteden. Het levert me veel op en kost me in de praktijk slechts een paar minuten per dag.
Boeken spelen een andere rol in mijn leven. Daarom vind ik het hebben van een persoonlijke boekenindex in Obsidian fantastisch!

Naast boeken bewaar ik ook de gelezen boeksamenvattingen van Blinkist in Obsidian, inclusief coverafbeeldingen. Door in de metadata (properties) ook een link naar deze cover te plaatsen, kan ik zelfs een boekengalerij maken op basis van recent gelezen samenvattingen, of gesorteerd op onderwerp met behulp van tags. Visueel heel aantrekkelijk en bovendien prettig voor mijn brein.

Tot slot hanteer ik dezelfde methode voor spullen die ik aanschaf. Heel handig voor als ik een lijstje of een visueel overzicht wil maken van al mijn tassen, gereedschap of keukengerei. Het invoeren kost me wekelijks nauwelijks drie minuten, en het plezier daarna is groot.
De hele plaatjesmap is momenteel 78mb groot, dus goed te overzien!
Over Obsidian heb ik meer geschreven, hier een overzicht.